Uit de Wet van Fred volgt dat het mogelijk is dat bij een geringe gepercipieerde meerwaarde een lage drempel al te hoog kan zijn. Maar andersom is ook waar. Dat mensen best bereid zijn hoge drempels te overwinnen om van een herkenbare toegevoegde waarde te genieten, blijkt uit het autorijden. Iedereen weet dat autorijden duur en moeilijk te leren is en dat het bezit van een auto veel zorg met zich meebrengt. Toch doet bijna iedereen het. Autorijles, rijexamen, autokeuze, verkeersregels, autobesturing, energieverbruik, onderhoud, bekeuringen, files, aanrijdingen, milieuvervuiling, wegenbelasting, autoverzekering en hufterig gedrag van andere weggebruikers, het maakt allemaal niet uit. Klaarblijkelijk ervaren mensen de kosten van al die drempels als lager dan de opbrengsten doordat zij in staat zijn op een zelf te bepalen tijdstip, via een zelf te bepalen route, in een eigen privéruimte met zelf gekozen medepassagiers, met op de achtergrond zelf gekozen muziek of nieuws, met een zelf gekozen aangename temperatuur, op een relatief vlotte manier van A naar B te reizen.
Gemak en genot wegen ruimschoots op tegen de kosten in termen van geld en zorg. Dat komt omdat mensen als sociale wezens van nature waarde hechten aan communicatie met andere mensen, het liefste in elkaars fysieke nabijheid. Dan kan de communicatie optimaal zijn door het inzetten van het volledige arsenaal van communicatiemiddelen, waaronder spraak zoals toonhoogte en intonatie, lichaamstaal zoals houding en gezichtsuitdrukking, fysiek contact zoals de schouderklop, de handdruk en de knuffel en het oogcontact waarmee emoties kunnen worden overgedragen. Al de nieuwe media ten spijt, zelfs de indrukwekkende telepresence systemen, zijn nog niet in staat het gevoel van being there volledig na te bootsen. Voorlopig verplaatst men liever materie dan informatie, liever moleculen dan bits.